Durf je het licht weer toe te laten?

Schrijven. Het valt niet mee om er echt tijd voor te maken. Mijn schrijfplan moet af en een mooie stok achter de deur is een schrijfweekend. Schrijfcoach Brenda begrijpt heel goed dat een schrijfvilla in Nederland, als vervolg op een schrijfweek in een historische villa in Spanje, ook een inspirerende plek is om met toewijding aan je boek te werken. Het boek over mijn zusje Ida, ze stierf op 38-jarige leeftijd aan melanoomkanker. 

Ik maak eindelijk meters met mijn eerste hoofdstuk. Het stroomt uit mijn handen. Ik schrijf een brief aan de dochters van mijn zusje, Ilona en Fleur, waarvan ik de inhoud vooraf niet had bedacht en niet kon bevroeden. Het verbaast mij dat dit verhaal uit mijn handen komt. Het voelt alsof het boek al in mij zit, het moet er alleen nog uit. Het boek dat ik schrijf voor mijn twee dierbare nichtjes. 

Het steentje uit Ida’s armband

Zondagavond na het schrijfweekend kom ik thuis en doe boven in de slaapkamer Ida’s armband af, ze gaf de armband aan mij op haar ziekbed, het is het meest dierbare sierraad dat ik heb en ik ben er heel erg zuinig op. Nee! De armband valt op de grond en er zitten breekbare Swarovskisteentjes in! Ik pak de armband met een zwaar kloppend hart op om te controleren of er niets stuk is en tot mijn schrik zie ik dat een steentje ontbreekt! Nu staat mijn hart voor mijn gevoel seconden stil en kan ik nauwelijks ademhalen. 

Hij vreest dat het steentje in de vuilnis terecht is gekomen.

Meteen schiet me te binnen dat een van de cursisten, Corrie, die ochtend aan de ontbijttafel zei dat ze een steentje had gevonden, of die van een van ons was? Ik keek even opzij, zag dat ze het steentje tussen haar vingers omhoog hield en keek naar mijn armband. Ik miste toen geen steen, maar ik heb het over het hoofd gezien realiseer ik me nu. Het gat waar het steentje in hoort is van binnen geslepen in facetten waar het steentje ook uit bestaat en door de glinstering heb ik niet gezien dat de steen er niet in zat. Ik miste niets … dacht ik. Ik bel snel Brenda, voor het nummer van Corrie, in de hoop dat Corrie het steentje heeft bewaard en meegenomen. Brenda schrikt ervan dat mijn dierbare armband een steen mist, ze is niet meer in de villa en geeft mij het nummer van Corrie. Helaas heeft Corrie het steentje op de ontbijttafel laten liggen. Slik! Die is afgeruimd door de man van Brenda, Albert. Ik snel weer Brenda bellen. Albert schrikt ook, want hij heeft de tafel afgeruimd en het steentje is hem niet opgevallen…. Hij vreest dat het steentje op de grond is gevallen of in de vuilnis terecht is gekomen. 

Ondertussen houd ik mezelf rustig met de gedachte “Gea het is maar een steen, je hebt de hele armband nog, de armband weg was erger geweest”, maar mijn hart klopt in mijn keel. Brenda geeft mij het nummer van de eigenaresse van de schrijfvilla, Erica. Ze neemt gelukkig op, ik leg haar uit wat er aan de hand is en ze begrijpt meteen hoe belangrijk dit is voor mij. Ze heeft godzijdank nog niet gezogen of opgeruimd en ze loopt onmiddellijk naar de ontbijtruimte. Het steentje ligt niet op de tafel. En ook niet op de grond. Ze doet de vuilnisbak open en zegt: “Tja, hier heb ik niet heel veel zin in, maar ik vrees dat ik dan toch de vuilnis doormoet. Ik kieper de zak op tafel en ga zoeken. Ik bel je terug.” Ze hangt op. 

Na een paar minuten, die tergend lang duren en ik met mijn telefoon in mijn hand op de bank blijf zitten in stille afwachting, alsof ook maar een enkele beweging invloed heeft op het wel of niet vinden van het steentje, stuurt ze via Whats App een filmpje.

Ik zie kapotte eieren, afgekloven broodjes, koffieprut, natte theezakjes, vieze verpakkingen van jam en boter en nog meer troep voorbij komen, ineens zoemt het filmpje ergens op in en het beeld wordt vaag, maar ineens zie ik heel scherp …. ja! Het steentje!!!


Erica heeft het gevonden! Wat een opluchting. Ik merk dat ik eindelijk weer adem durf te halen. Het steentje moet nog wel naar Medemblik terugkomen, maar dat komt wel goed. En wat ben ik haar dankbaar dat ze voor mij in die vieze troep heeft willen zoeken naar het steentje. 

Het bijzondere is dat de armband drie witte en drie donkere stenen heeft. Zes in totaal. De witte, lichte stenen staan voor mij voor de goede, lichte tijden en de donkere voor de zware tijden in het leven. Er ontbreekt een donkere. Alsof ik met het boek langzaam het licht groter maak. Meer licht laat schijnen op het donker. We waren in ons gezin met z’n zessen. Pappa, mamma, Henkie, Trijnie, ik en Ida. Het verlies van Ida was het eerste grote gat. De eerste van ons zessen die naar de overkant is gegaan. Dat gat zat nu in haar armband. Ik realiseer me dat de armband niet voor niks op de grond viel. Als ik een dag later had ontdekt dat er een steentje ontbrak had Erica de boel opgeruimd en de vuilnis naar de containers gebracht, die dezelfde dag nog worden geleegd… Dan was het steentje voorgoed verdwenen. 

Twee weken later komt een vriendin logeren, de schrijfvilla is een kwartiertje van haar woonplaats vandaan, zij haalt het steentje op en neemt het voor me mee. De armband is weer compleet. Als ik het naar de juwelier breng om het in de armband te laten zetten zie ik dat het donkere van het steentje komt door een soort coating die erachter is gemaakt. In principe is dit ook een licht steentje. Er ontbreekt door het losgaan een stukje van de coating en de juwelier zegt dat dit steentje nu lichter zal lijken dan de rest. En ook weer niet helemaal doorschijnend zoals de andere drie. 

Een mooie metafoor, het donker is in feite niets meer dan een deken over het licht. Laat je die deken over het licht liggen? Of durf je het licht weer toe te laten? Elke keer als ik nu ga schrijven weet ik, mijn zusje schrijft mee aan dit boek. 

Het boek maakt het licht langzaam groter